anorexia

anorexia: 10 praktische tips & nuttige informatie

Wat is anorexia nervosa

Anorexia Nervosa, kortweg anorexia genoemd, is een eetstoornis. Patiënten met deze eetstoornis hongeren zichzelf uit, waardoor ze extreem vermageren. Zelf zien zij dit niet zo. Ze hebben een vertekend zelfbeeld, want ze vinden zich constant te dik. De naam ‘anorexia nervosa’ betekent letterlijk vertaald: ‘gebrek aan eetlust door nerveuze oorzaken’. De benaming klopt niet helemaal, want anorexiapatiënten hebben heus wel eens trek, maar zij kiezen ervoor niet te eten. Zij ‘kunnen’ aanvankelijk wel eten, maar ze ‘willen’ het niet.

Anorexia komt veel voor bij tienermeisjes. Eén op de honderd meisjes ontwikkelt een eetstoornis. Meestal ontstaat het probleem tussen de leeftijd van 14 en 18 jaar. Dat kan te maken hebben met de puberteit, waarin meiden meer vrouwelijke rondingen krijgen en hier erg onzeker door worden.
Maar liefst 95 procent van de anorexiapatiënten is een vrouw. Het komt echter steeds vaker voor dat jongens dezelfde eetstoornis krijgen.

Er zijn twee verschillende soorten anorexia. Het eerste type volgt een streng dieet. In het begin valt dat niet zo op, maar op een gegeven moment wordt dit type wel erg mager. Het tweede type lijnt extreem, maar heeft geregeld wel vreetbuien. Na een dergelijke vreetpartij wordt de schade ongedaan gemaakt met laxeermiddelen of het (met de vinger in de keel) uitbraken van het eten. Het tweede type lijkt op boulimia. Maar dit type is daarbij erg mager, terwijl een boulimiapatiënt een normaal tot wat zwaarder gewicht kan hebben.

Behandelingen

Het is heel wat als een anorexiapatiënt zelf voor haar/zijn eetstoornis uit durft te komen. Als zij/hij een behandeling wil, moet dat gestimuleerd worden. De meeste anorexiapatiënten zullen de ziekte niet graag erkennen. Zij voelen zich namelijk niet ziek en willen dan ook geen hulp.

De arts zal in eerste instantie een uitgebreid gesprek met de patiënt en de directe omgeving van de patiënt hebben, alvorens een diagnose wordt gesteld. Anorexia kan niet met medisch onderzoek worden aangetoond. Wel komen tijdens een medisch onderzoek resultaten te voorschijn als bloedarmoede, lage bloeddruk, lage lichaamstemperatuur en een tekort aan witte bloedcellen. Deze resultaten duiden op lichamelijke problemen.

Soms wordt op basis van deze resultaten een gedwongen ziekenhuisopname geregeld, als de lichamelijke gezondheid ernstig gevaar loopt.
Anorexia kan met verschillende therapieën behandeld worden. Welke methode de beste is, hangt van de patiënt en diens persoonlijke omstandigheden. De therapieën worden begeleid door een psycholoog of psychotherapeut.
Individuele psychotherapie

Bij de psychotherapie komt niet alleen de eetstoornis aan de orde. Belangrijker is het om aan de onderliggende oorzaken te werken. Het opbouwen van zelfvertrouwen en minder hoge eisen aan jezelf stellen zijn belangrijke onderwerpen.

Groepstherapie

Groepstherapie brengt lotgenoten bij elkaar en op die basis zullen de anorexiapatiënten zich niet alleen voelen. Ze kunnen veel van elkaar leren en angsten en problemen met elkaar delen.

Gedragstherapie

De gedragstherapie is nodig om het eetprobleem aan te pakken. Het komt er op neer dat eten en aankomen wordt beloond en afvallen en niet eten (of braken en/of laxeermiddelen gebruiken) wordt bestraft. Gedragstherapie is een hulpmiddel om de patiënt weer aan het eten te krijgen.

Cognitieve therapie

Cognitieve therapie besteedt aandacht aan het zelfbeeld van de patiënt.

Belangrijke adressen

De Stichting Anorexia en Boulimia Nervosa (SABN)

De Stichting Anorexia en Boulimia Nervosa (SABN) is een landelijke organisatie voor mensen met een eetstoornis en hun directe omgeving. De stichting geeft voorlichting over de verschillende soorten eetstoornissen, oorzaken, gevolgen en behandelingen. Door middel van contactdagen en zelfhulpgroepen brengt zij lotgenoten bij elkaar om ervaringen aan elkaar uit te wisselen. Om de positie van mensen met eetstoornissen te verbeteren, doet zij actief mee aan verschillende overlegorganen.

Op de website staat veel informatie over de verschillende eetstoornissen. Ook kun je hier veel gerelateerde artikelen lezen over alles wat met eetstoornissen te maken heeft. Zo is er ook informatie over gedwongen behandelingen bijvoorbeeld. Je kunt op de site een zelftest doen om er achter te komen of je misschien zelf een eetstoornis hebt of aan het ontwikkelen bent. Via de website kun je ook boeken bestellen.

Het adres van de stichting is:
Stichting Anorexia en Boulimia Nervosa
Stationsstraat 79 G
3811  MH Amersfoort
Telefoon:  0900  82 12 433

Het Centrum Eetstoornissen Ursula

Het Centrum Eetstoornissen Ursula geeft gedetailleerde informatie over de verschillende behandelingen voor anorexia en andere eetstoornissen. Je kunt via de website contact krijgen met een zogenaamde ervaringsdeskundige. Dat is iemand die je kan helpen bij de weg  voor, tijdens, en na een behandeling. Je kunt de ervaringsdeskundige bellen op maandag tussen 9.30 en 10.30 uur tijdens het telefonisch spreekuur op telefoonnummer: 070  444 13 14.

De Vereniging Eetstoornis Net (VEN)
De Vereniging Eetstoornis Net (VEN) brengt via het internet lotgenoten met elkaar in contact. Zo kan er bij elkaar steun worden gezocht door met elkaar te chatten, deelname aan een forum en het schrijven van gedichten. Ook worden uitjes georganiseerd om met elkaar in contact te komen.

Gevolgen van anorexia

Anorexia nervosa is een levensbedreigende ziekte. De eetstoornis veroorzaakt naast lichamelijke, ook de nodige psychische beschadigingen.

Lichamelijke gevolgen

  • Het langdurig vasten en lijnen ontregelt de menstruatiecyclus. Deze blijft door een verstoorde hormoonhuishouding op een bepaald moment helemaal uit. Uiteindelijk leidt het tot blijvende onvruchtbaarheid.
  • De normale warmteregulatie van het lichaam wordt ontregeld. Anorexiapatiënten hebben het altijd koud. Hierdoor kan een donsachtige beharing in het gezicht, op de armen en de rug ontstaan. De handen kunnen blauw worden.
  • Op den duur zorgt het lijnen voor maag- en darmklachten. Van een klein beetje voedsel kan een patiënt al misselijk worden. De stoelgang wordt traag.
  • Het risico op botontkalking neemt toe. De kans op botbreuken is groter. De conditie van het gebit en de haren gaat achteruit. Er kan haaruitval optreden.
  • Wanneer de eetstoornis gepaard gaat met het opzettelijk braken of het gebruik van laxeermiddelen, kan er een kaliumtekort ontstaan. Een tekort aan kalium is schadelijk voor de elektrolytenhuishouding. Dit veroorzaakt uiteindelijk nier- en leverbeschadigingen, spierkrampen, hartritmestoornissen en zelfs hartstilstand. De slokdarm, keel en mondholte worden door het vele braken aangetast.
Als de patiënt weer een normaal gewicht krijgt, kunnen de lichamelijke klachten verdwijnen. Als de ziekte al vele jaren duurt, is de schade echter onherstelbaar.

Psychische gevolgen

Een anorexiapatiënt voelt op den duur geen honger meer. De hele persoonlijkheid kan op den duur veranderen, nadat daar een periode van wisselende emoties aan vooraf is gegaan. Depressies en angsten komen veel voor bij anorexiapatiënten.

Sociale gevolgen

Er ontstaan problemen met de directe omgeving, ouders en partner. Angsten en depressies maken een anorexiapatiënt een lastig persoon om afspraken mee te maken. Daarom raken de meeste patiënten op de lange duur in een isolement.

Herken anorexia nervosa

Misschien is er iemand in je omgeving waarvan je vermoedt dat deze te kampen heeft met een eetprobleem. Misschien ben je zelf wel diegene. Via de website van de Stichting Anorexia en Boulimia Nervosa (SABN) kun je een zelftest doen.

Je herkent een eetprobleem als er consequent en steeds strenger gelijnd wordt. Voedingsmiddelen worden geweigerd. Je ziet het gewichtsverlies wel, maar vaak wordt het lichaam verhuld met kledingstukken waardoor je de vermagering niet direct zult zien. Zelfs in de zomer loopt een anorexia patiënt met kleding die de armen en benen verhullen.
Bij meiden stopt de menstruatie en bij jongens neemt het libido af. Maar dat is lastig te ontdekken. De anorexia patiënt zal niet openlijk over zijn of haar eetgedrag praten en dit bij voorkeur strikt geheim houden. Als ze niet willen eten, verhullen ze dat met smoesjes. Ze hebben bijvoorbeeld al veel gesnoept, of ze zijn een beetje misselijk. Tieners kunnen in de puberteit erg lastig en tegendraads zijn. Het valt dan niet eens direct op dat er iets met het eten aan de hand is. Zo kunnen tieners weigeren iets te eten of aan tafel te komen. Of ze gebruiken een excuus om het bord (met een kleine hoeveelheid eten) mee te nemen naar hun kamer om daar(zogenaamd) op te eten.

Jongens en anorexia

Anorexia staat vooral bekend als meisjesziekte. Het komt in ons land ook het meest bij meiden voor. Slechts bij vijf procent van alle anorexiapatiënten betreft het een jongen. Die groep wordt overigens ieder jaar groter.

Het feit dat anorexia algemeen als een ‘meidending’ wordt gezien, maakt het voor jongens extra moeilijk om de eetstoornis bij zichzelf te herkennen. Wat zou de buitenwereld daar wel niet van zeggen? De zelfverzekerdheid is bij patiënten met anorexia toch al erg fragiel. Het taboe maakt de drempel voor jongens dan ook erg hoog om voor de ziekte uit te komen. Bovendien overheerst daarbij ook nog eens het schaamtegevoel.
De achterliggende oorzaken van anorexia bij jongens zijn in feite dezelfde als die van de meiden (zie tip 2). Veel mannelijke sporters (turners, atleten) lijden aan een eetstoornis. Ook voor jongens geldt het ideaalbeeld ‘slank en sterk’ te zijn. Voor homoseksuele jongens is het uiterlijk vaak zelfs nog belangrijker. Jongens kijken vooral naar de bovenkant van het lichaam en zien als ideaal een brede, gespierde borstkas en een slanke, stevige buik.

Over het algemeen kunnen jongens hun eetstoornis beter verbergen dan vrouwen. Het is voor een huisarts moeilijker een diagnose te stellen, omdat bijvoorbeeld het obsessief beoefenen van sport nu eenmaal veel bij jonge jongens voorkomt.

Kenmerken van anorexia

Anorexiapatiënten vinden aanvankelijk niet dat ze een probleem hebben. Ze vinden het juist heel knap van zichzelf dat ze zo goed kunnen lijnen en dat ze zich zo gedisciplineerd aan een dieet kunnen houden. Steeds meer afvallen wordt als een steeds betere prestatie gezien. Het diëten slaat echter op een gegeven moment door. Het gewicht wordt steeds lager. Een anorexia patiënt komt al snel 15 tot 20 procent onder haar normale gewicht. De calorieën worden precies bijgehouden. Er worden constant overwegingen gemaakt, wat wel en wat niet te eten. Er ontstaat een angst om te eten, omdat men bang is om dikker te worden. Sommige anorexiapatiënten gebruiken laxeermiddelen of geven over om het eten dat ze hebben binnen gekregen er snel weer uit te krijgen.

Na verloop van tijd ontstaat er een verstoord hongergevoel. De behoefte naar eten verdwijnt. Als een anorexia patiënt al een lange tijd aan het diëten is, volstaat een klein hapje om een verzadigd gevoel te hebben, of zelfs misselijk te worden. Dan is het moment aangebroken dat er wel degelijk sprake is van het ‘niet kunnen eten’. De jonge patiënt denkt nu alleen nog maar aan het ‘niet eten’. Dit bepaalt alles in hun denken, voelen en handelen. Ze zien zichzelf alleen maar als dik. In de spiegel kijken ze vol afschuw naar zichzelf. In de werkelijkheid zijn ze inmiddels heel erg dun.

Het diëten klopt niet met de activiteiten van anorexiapatiënten. Ze kunnen namelijk extreem actief zijn. Dat kan in de vorm van sporten zijn, maar ook andere activiteiten. Een normaal mens zou zoveel activiteit met zo weinig eten niet kunnen volhouden.
Lichamelijke klachten ontstaan in het begin met het uitblijven van de menstruatie. Ook doen zich vaak depressieve klachten voor.

Leven na anorexia

In heel veel gevallen lukt het om een anorexia patiënt te helpen. Het gewicht kan weer herstellen en ook lichamelijk klachten kunnen verdwijnen. Toch blijft anorexia na de behandelingen lange tijd (misschien wel altijd) een beladen onderwerp.
Na de behandeling staat een ex-anorexiapatiënt er alleen voor. Het is nu zaak rationeel met eetproblemen om te gaan. Dat valt, zeker in het begin, niet mee.

Een lotgenoten contactgroep kan een uitkomst bieden als er na de behandeling toch nog ondersteuning wenselijk is. Tijdens contactdagen kunnen lotgenoten ervaringen met elkaar uitwisselen, steun bij elkaar zoeken en elkaar adviseren.

Je kunt ook overwegen je aan te melden voor een nazorgzelfhulpgroep. Het gaat een stapje verder dan alleen praten met lotgenoten. Elke twee weken is er een bijeenkomst. De gesprekken gaan over de problemen die men (nog) tegenkomt bij het overwinnen van het laatste stukje van de eetstoornis. Er wordt een actieve bijdrage van iedere deelnemer verwacht. Jammer genoeg zijn de nazorgzelfhulpgroepen niet overal in Nederland aanwezig. Bel voor meer informatie naar de Stichting Anorexia en Boulimia Nervosa. Voor het adres en telefoonnummer zie tip 10.

De oorzaken

Anorexia ontstaat uit verschillende factoren: biologische, sociale en maatschappelijke.

Biologische factoren:

Een belangrijke factor is de persoonlijkheid van de patiënt. Een drang naar perfectionisme, gevoeligheid en puberteit en een laag zelfbeeld kunnen de eetstoornis in de hand werken. Het zijn vaak jonge personen die erg gesloten zijn en weinig sociale contacten hebben. Erfelijkheid speelt ook een rol. Vaak hebben patiënten met anorexia als kind ook al eetproblemen gehad. Dit betekent overigens niet dat eetproblemen in de peuter- en kleutertijd automatisch tot een eetstoornis leiden. Eten heeft voor anorexiapatiënten al langere tijd problemen gegeven. De dwangmatige controle over het niet eten van anorexiapatiënten blijkt in veel gevallen ook verband te hebben met het gevoel dat ze over de rest van hun leven helemaal geen controle hebben.

Sociale/maatschappelijke factoren:

Bij de behandelingen van anorexia blijkt veel dat de patiënten problemen hebben (gehad) met de ouders. Vaak zijn de ouders erg gericht op de prestaties van het kind. De maatschappij speelt ook een belangrijke rol. Kijk maar eens naar de uitgehongerde fotomodellen. Meisjes leren dat het belangrijk is om dun te zijn. Anorexia komt overigens ook veel bij fotomodellen voor, maar ook andere beroepen, zoals bij balletdansers en sporters zoals turnsters. Voor deze beroepen spelen gewicht en uiterlijk een belangrijke rol.

Ouders van AN-jongens

Er is heel veel informatie te vinden over de eetstoornis anorexia. Ook kun je overal handleidingen vinden voor het herkennen van anorexia. Voor jongens met anorexia is minder (Nederlandse) informatie beschikbaar. Hieronder volgen wat tips voor ouders met een zoon die mogelijk een eetstoornis aan het ontwikkelen is.

Geef positieve aandacht aan een negatief zelfbeeld. Vertel je zoon dat de reclame in de media niet op de realiteit berust. Help je kind om zijn lichaamsvorm te aanvaarden, of hij nu dik of dun is. Help hem met gezonde voeding. Geef geen patat of pizza als je kind zichzelf te dik vindt.

Als je zoon veel interesse heeft (gehad) in mannelijke actiefiguren (Spiderman, Star Wars, Popeye) kan het zijn dat hij deze figuren heeft geïdealiseerd. Laat hem weten dat dit fantasiefiguren zijn. De gespierdheid van deze supermannen komt niet overeen met de werkelijkheid. Leg Popeye maar eens naast een foto van een ver gevorderde bodybuilder. Zo kun je voorkomen dat hij zijn idealen op onrealistische beelden baseert.

Praat met je kind over zijn gevoelens. Laat hem merken dat het goed is om ze te uiten. De meeste jongens met eetstoornissen zijn niet goed in het uiten van gevoelens. Oefen in luistervaardigheden. Soms kun je aan de lichaamstaal al veel zien. Het is nog beter om een mannelijk figuur dit te laten doen.  Op den duur beseft je kind dat een man ook best intimiteit en gevoel mag tonen en dat dit eigenlijk heel normaal is.

Informeer je zoon over eetstoornissen. Veel mannen hebben daar een heel ander idee over. Je kunt zelf ook veel bijleren over eetstoornissen in het algemeen, maar ook meer te weten komen over eetstoornissen bij mannen. Deel hetgeen je te weten komt met je zoon. In eerste instantie zal je zoon het bespreken van een eetstoornis wel gênant vinden. Laat niets je ontmoedigen. Probeer hem aan te sporen erover mee te praten.

Als je merkt dat de eetstoornis van je kind de overhand krijgt, zorg dan dat hij een goede behandeling krijgt door een deskundige. Je kunt hiervoor bij verschillende klinieken terecht, maar het zou goed zijn als er een kliniek is die meerdere jongens in behandeling heeft. Zo kan hij contact maken met lotgenoten en voelt hij zich minder alleen. Het kan zijn dat artsen in eerste instantie wat terughoudender zijn, maar als jij als ouder achter een behandeling staat, moet je echt aandringen op een behandeling. Overtuig je kind dat een behandeling nodig is. Het kan zijn dat zelfs hij er niet achter staat. Druk je bezorgdheid uit en bedenk manieren om hem te beïnvloeden. Spreek hem aan over alles wat je hebt gezien van zijn gestoord eetgedrag. Wees niet te mild uit angst voor een kwade reactie. Wees hier wel op bedacht.

Tips & Reacties

Deel je eigen tip over anorexia

En maak kans op een cadeaubon ter waarde van € 25!